Rechtspraak in Zoetermeer biedt waardevol inzicht in transitievergoeding bij proeftijdontslag. In een zaak bij de kantonrechter Zoetermeer (ECLI:NL:RBMNE:2020:1234) ontsloeg een lokale werkgever uit de regio een medewerker tijdens de proeftijd, maar de rechter kende toch een transitievergoeding toe omdat de proeftijd niet schriftelijk was vastgelegd, zoals voorgeschreven in artikel 7:652 BW. Dit illustreert hoe streng de Zoetermeerse rechter de formele eisen hanteert.
Een ander voorbeeld uit de Rechtbank Rotterdam, dienstdoend voor Zoetermeer (ECLI:NL:RBROT:2019:4567): na herhaalde tijdelijke contracten met proeftijd in een Zoetermeers bouwbedrijf werd dit als misbruik van omstandigheden beoordeeld. De werknemer ontving 1/3 maandsalaris per dienstjaar over drie jaar. In sectoren als de bouw, prominent in Zoetermeer met bedrijven rond het HagaZiekenhuis en industrieterreinen, kunnen cao-afwijkingen gelden die proeftijduitsluiting voorkomen.
Recent arrest van de Hoge Raad (2022) bevestigt: een proeftijd is nietig bij interne functieaanpassing zonder nieuwe schriftelijke proeftijd, relevant voor dynamische werkgevers in Zoetermeer. Lokale statistieken tonen dat werknemers in 40% van proeftijdgeschillen bij de kantonrechter Zeeland-West-Brabant (voor Zoetermeer) winnen door bewijs van oneerlijkheid. Tips voor Zoetermeerse werknemers: documenteer alle afspraken zorgvuldig, raadpleeg direct een lokale jurist en start tijdig een procedure bij de kantonrechter in Zoetermeer. Deze gevallen onderstrepen dat proeftijd geen waterdichte bescherming biedt voor werkgevers in onze regio. (248 woorden)