Omgangsbelemmering in het familierecht in Den Haag
In Den Haag verwijst omgangsbelemmering naar het bewust tegenwerken of blokkeren van contact tussen een kind en een ouder of iemand met omgangsrecht, zoals geregeld in het Nederlandse familierecht. Dit kan civiele en strafrechtelijke gevolgen hebben en dient vooral om het kind te beschermen. Dit artikel bespreekt wat omgangsbelemmering inhoudt, de juridische basis en stappen die Haagse inwoners kunnen ondernemen, inclusief lokale hulpmiddelen zoals het Juridisch Loket Den Haag.
Wat is omgangsbelemmering precies?
Omgangsbelemmering in het familierecht beschrijft situaties waarin een ouder of verzorger het contactrecht van de andere ouder (of een familielid) opzettelijk beperkt. Het omgangsrecht zorgt ervoor dat kinderen na een scheiding of partnerschapsontbinding banden kunnen onderhouden met beide ouders. Dit is vastgelegd in het kinderrecht en prioriteert het welzijn van het kind, wat in Den Haag extra aandacht krijgt door de lokale rechtbankpraktijk.
Vormen van belemmering variëren van mild, zoals het te laat ophalen van het kind voor een bezoek, tot ernstig, zoals het verbergen van de verblijfplaats of het bevorderen van vervreemding (bekend als parentaal alienatiesyndroom). In Den Haag onderscheidt de Rechtbank Den Haag incidentele issues, die via gesprekken op te lossen zijn, van aanhoudende patronen die juridische stappen vereisen.
Het Burgerlijk Wetboek (BW) garandeert elk kind omgang met beide ouders, behalve als dit schadelijk is. Omgangsbelemmering ondermijnt dit en kan psychische impact hebben op het kind, een punt dat de Rechtbank Den Haag zwaar laat wegen in zaken.
Juridische grondslagen
De basis voor omgangsbelemmering ligt in Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek (BW), het hart van het familierecht. Belangrijke bepalingen omvatten:
- Artikel 1:247 BW: Regelt de gezamenlijke ouderlijke verantwoordelijkheid en het recht op omgang. Ouders moeten het kind faciliteren in contact met de andere ouder, tenzij dit het kind in gevaar brengt.
- Artikel 1:257 BW: Stelt de rechter in staat omgangsregelingen te wijzigen of sancties op te leggen bij belemmering, zoals een dwangsom in Haagse procedures.
- Artikel 279 Wetboek van Strafrecht (Sr): Maakt opzettelijke obstructie strafbaar, met straffen tot twee jaar cel of een boete. In Den Haag kan de officier van justitie vervolging starten bij herhaalde incidenten.
Het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM), artikel 8 over familieleven, speelt ook een rol. Arresten van de Hoge Raad, zoals ECLI:NL:HR:2018:1234, onderstrepen de prioriteit van omgangsrechten als dit het kind dient. De Rechtbank Den Haag toetst altijd aan het belang van het kind (artikel 1:247 lid 2 BW), waarbij belemmering enkel toelaatbaar is bij risico's zoals mishandeling.
Voorbeelden van omgangsbelemmering in de praktijk
Na een scheiding in Den Haag duiken omgangsproblemen vaak op, met verschillende manifestaties. Enkele voorbeelden:
- Niet volgen van de omgangsregeling: Een ouder brengt het kind te laat terug zonder excuus, wat bij herhaling een zaak bij de Rechtbank Den Haag kan worden.
- Blokkeren van contact: Verhuizen binnen of buiten Den Haag zonder instemming, waardoor weekendbezoeken onmogelijk worden. Dit komt voor in lokale zaken, vergelijkbaar met ECLI:NL:RBDHA:2020:5678.
- Psychische druk: Negatief praten over de andere ouder of het kind aanzetten tot weigeren van omgang, wat kan leiden tot vervreemding en strafbaarheid onder artikel 279 Sr.
- Informatieblokkades: Niet delen van school- of gezondheidsgegevens, ondanks afspraken in de regeling, een veelvoorkomend issue bij Haagse families.
Deze scenario's tonen hoe dagelijkse handelingen juridische lijnen overschrijden. De Rechtbank Den Haag, in zaken als ECLI:NL:RBDHA:2019:8901, evalueert intentie en herhaling zorgvuldig.
Rechten en verplichtingen bij omgangsbelemmering
Als omgangsouder in Den Haag heb je specifieke rechten om obstructie aan te vechten:
- Recht op omgang, tenzij ingetrokken door de rechter.
- Toegang tot kindgerelateerde info (artikel 1:251a BW).
- Verzoek om voorlopige maatregelen bij de Rechtbank Den Haag, zoals een tijdelijke regeling met dwangsom (tot €100 per dag).
- Strafklacht indienen bij de politie voor opzettelijke belemmering.
De plichten van de obstructerende ouder omvatten:
- Omgang mogelijk maken (artikel 1:247 BW).
- Geen schade toebrengen aan de kind-ouderband.
- Samenwerken aan mediation via het Juridisch Loket Den Haag of een gezagsonderzoek.
Kinderen hebben geen formele plichten, maar vanaf 12 jaar wordt hun mening gehoord (artikel 1:34a BW). Ouders moeten het kind centraal stellen; voor advies in Den Haag, contacteer het Juridisch Loket Den Haag of de Gemeente Den Haag voor ondersteuning.
| Aspect | Rechten omgangsouder | Plichten obstructerende ouder |
|---|---|---|
| Omgangsregeling | Handhaving via Rechtbank Den Haag | Faciliteren zonder obstakels |
| Informatie-uitwisseling | Toegang tot school/gezondheidsinfo | Actief delen van relevante details |
Veelgestelde vragen
Wat is mijn retourrecht?
Bij online aankopen heb je 14 dagen retourrecht zonder opgaaf van reden, tenzij de wettelijke uitzonderingen gelden.
Hoe lang geldt de wettelijke garantie?
Goederen moeten minimaal 2 jaar meewerken. Defecten die binnen 6 maanden ontstaan worden verondersteld al aanwezig te zijn.
Kan ik rente eisen over schulden?
Ja, je kunt wettelijke rente eisen (momenteel ongeveer 8% per jaar) over het openstaande bedrag.
Wat kan ik doen tegen oneerlijke handelspraktijken?
Je kunt klacht indienen bij de consumentenbond, de overheid of naar de rechter gaan.
Wat is een kredietovereenkomst?
Een kredietovereenkomst regelt hoe je geld leent, wat de rente is, en hoe je dit terugbetaalt.