Terug naar Encyclopedie

Huurachterstand als grond voor ontbinding in Zoetermeer

Huurachterstand in Zoetermeer: aanmaning, dagvaarding bij Rechtbank Den Haag en rechterlijke toetsing. Verweer met betalingsregeling via lokale opties om ontbinding te voorkomen. (28 woorden)

2 min leestijd
Huurachterstand vormt in Zoetermeer een frequente reden voor ontbinding van de huurovereenkomst (artikel 6:262 BW jo. 7:220 BW). Verhuurders in deze groeikern nabij Den Haag moeten allereerst een aanmaning versturen met een betalingstermijn van 14 dagen. Blijft de huur uit, dan dient dagvaarding te worden uitgebracht bij de kantonrechter van de Rechtbank Den Haag, locatie Zoetermeer. De rechter beoordeelt of de achterstand minstens drie maanden huur bedraagt of acuut noodzakelijk is voor ontbinding. Huurders in Zoetermeer kunnen verweer voeren door te wijzen op tijdelijke betalingsonmacht, bijvoorbeeld door lokale werkloosheidsgolven in de regio of coronamaatregelen, waarna de rechter een gefaseerde betalingsregeling kan vaststellen in plaats van ontbinding. Bewijsstukken zoals bankafschriften en aanmaningsbrieven zijn cruciaal. In 2023 besliste de Rechtbank Den Haag (locatie Zoetermeer) dat een seizoensgebonden huurachterstand bij flexwerkers in de lokale economie geen ontbinding rechtvaardigt zonder voorafgaande waarschuwing. Huurders hebben via de Belastingdienst recht op huurtoeslagadvies, specifiek afgestemd op Zoetermeerse huurprijzen. Verhuurders lopen risico op vernietiging van het vonnis bij onredelijk gedrag. Een alternatief is een minnelijke schikking via de Huurcommissie of het Woonpunt Zoetermeer. Bij ontbinding volgt directe invordering van de huur plus één maand leegstandsschade, wat in Zoetermeers krappe huurmarkt extra pijnlijk is. Voorkom escalatie door vroegtijdig contact met de gemeente of Huurteam Zoetermeer. Dit artikel belicht de specifieke drempels, lokale jurisprudentie en praktische strategieën voor huurders en verhuurders in Zoetermeer. (218 woorden)