Terug naar Encyclopedie

Bewijslast en verjaring onder Rome II bij internationale letselclaims in Zoetermeer

Onder Rome II volgen bewijslast en verjaring het materiële recht, met landverschillen cruciaal voor succesvolle letselclaims vanuit Zoetermeer.

1 min leestijd

De Rome II-verordening regelt niet alleen het toepasselijke recht, maar ook procedurele aspecten zoals bewijslastverdeling en verjaring bij letselschadeclaims vanuit Zoetermeer. Artikel 15 splitst: materieel recht (aansprakelijkheid) volgt Rome II, procedureel recht (bewijs) het forumrecht van de Nederlandse rechtbank, zoals in Zoetermeer.

Bewijslastverdeling

Het toepasselijke materiële recht bepaalt wie bewijs moet leveren. Bij Nederlands recht, relevant voor Zoetermeerse slachtoffers, ligt het vermoeden van schuld vaak bij de dader; Frans recht vereist echter een sterker slachtofferverklaring. Lokale advocatenkantoren in Zoetermeer, zoals rond het Stadionplein, benadrukken dit bij grensoverschrijdende zaken.

Verjaringstermijnen

Deze vallen onder materieel recht (artikel 15), met variaties per land: vijf jaar in Italië, drie in Duitsland. Ontheffing wegens onmacht geldt afhankelijk van het recht. In Zoetermeer, met zijn internationale expatgemeenschap en nabijheid tot Schiphol, lopen claims uit vakanties of zakenreizen vaak vast op deze termijnen.

In de zaak Diamond Services (C-292/18) bevestigde het Hof dat verjaring materieel is. Bij gemengde claims geldt het recht per deelclaim.

Praktijkvoorbeeld: Een Zoetermeerse inwoner met letsel door een Grieks verkeersongeval heeft slechts drie jaar onder Grieks recht; tijdig procederen bij de rechtbank in Den Haag is essentieel. Juristen in Zoetermeer adviseren dubbele controle op termijnen en lokale expertise voor Rome II-zaken.